2008-03-14

Carnaval bij kaarslicht

.

‘Carnaval Baroque’ in het Concertgebouw, 12 maart 2008. Le poème harmonique met Centre National des Arts du Cirque in een regie van Cécile Roussat.

Van deze voorstelling vind ik geen foto’s op het internet. Dat is wegens de gedoseerde belichting technisch gezien begrijpelijk, maar wel jammer, want deze avond was van een bijzondere visuele schoonheid. Kleur, scenografie en licht zorgden voor een sfeer die haarfijn de zeventiende eeuw oproept. Soms loopt een viruoos gechoreografeerde scène uit op een tableau vivant dat zo uit een schilderij lijkt geplukt. Al dat moois maakt deel uit van een virtuoos georchestreerd circusspektakel vol beweging en acrobatie maar met eenvoudige attributen die op een Romeins marktplein anno 1630 niet zouden opvallen: tonnen, kratten, touwen, gehanteerd door commedia del’ arte-typetjes. Jazeker, er bestaat een vorm van milde simpele humor die moeiteloos tijd en ruimte overbrugt.

Bij dat alles zou je de muziek vergeten. Perfectionist Vincent Dumestre plaatste zijn ploeg bewust op de achtergrond, in het duister. Niet terecht eigenlijk, want zoals dat van Le poème harmonique verwacht mag worden was de muzikale inbreng van even hoog niveau als de vertoning. Alles klonk virtuoos en verfijnd, ook al ging het soms om vrij eenvoudig materiaal. Villanella’s zijn blijkbaar niet het monopolie van Marco Beasley, chiaconna’s niet van L’Arpeggiata, zoveel is duidelijk. Al kan ik me geen renaissancechaconne meer voorstellen zonder de hemelse citer van Elisabeth Seitz uit de ploeg van Christina Pluhar. En al miste ik de hemelse sopraan van Claire Lefilliâtre die je toch mag verwachten in het gezelschap van Vincent Dumestre.

Ik besluit met een citaat uit de programmatekst van Simon Van Damme over de opkomst van de barokmuziek als nieuw muzikaal idioom:

Enerzijds kwam de melodie op de voorgrond en verdrong de expressivieit van de solozang (monodie) het meerstemmige koor. Anderzijds verwierf de baslijn een prominente rol als basis voor een volwaardige instrumentale begeleiding.

Barokmuziek als emancipatie van de bovenste en de onderste lijn uit de polyfonie van de renaissance. Zo had ik het nog niet bekeken.

Geen opmerkingen: