2007-04-20

Beethoven - Anima Eterna

.
Jos Van Immerseel dirigeert Midori Seiler en de rest van Anima Eterna in de eerste en de negende symfonie van Beethoven, Concertgebouw 19 april.

Een voorstelling die zal bijblijven. Niet alleen door de aanwezigheid van Midori. Niet alleen door die oudere dame die tijdens de derde beweging ontdekte dat je een gsm niet kunt stilhouden door erop te gaan zitten. Zelfs niet door de champagne tijdens de pauze.

Maar door de stijlvolle transparantie die van het hele concert uitging. Een helderheid waardoor je zelfs de Negende gaat beleven als iets nieuws waarin je van de ene ontdekking in de andere valt. Het is alsof elke notenbalk van de partituur voor je ogen en oren gestalte krijgt. Heel even maar, aan het begin, vond ik die helderheid overhellen tot schraalheid. En met de stemmen in de Ode was die helderheid zelfs even zoek. Maar voor de rest: een onvergetelijke verfijning. Vooral de verdeling van het volume blijft me bij: elk instrument perfect aangepast aan de veertig andere. Niets te luid, niets te stil, alles hoorbaar en opengegooid.
Er is heel wat vakmanschap nodig om zoiets tot een goed einde te brengen, laat staan tot muziek. Elk instrument is te onderscheiden, elke paukenslag (natuurlijk), maar ook elke traverso. Voor de koperblazers met hun moeilijk bespeelbare epoque-instrumenten zonder ventielen ligt de lat bijzonder hoog, want het veilige vangnet van een verdoezelend orkest ontbreekt.
Als de microfoons van Zigzag-territoires dit hebben kunnen registreren, dan ligt er straks een heel verleidelijke en allesbehalve overbodige Beethoven-cyclus in de winkel.

Nog iets. Ik zou me moeten schamen en het is in alle ootmoed dat ik deze bekentenis neerpen, maar ik was onder de indruk van de tekst van de Ode An Die Freude. Ze werd boven het orkest geprojecteerd, in een vreselijke Nederlandse vertaling en ja, ik was verkocht. Het zal de euforie geweest zijn. Ik weet het, het is een protserige gezwollen draak van een gedicht, het zou niet mogen, ronduit foute poëzie om een modewoord te bruiken, en met die miljoenenkus op het einde heb ik ook wel afgehaakt, maar toch.

Wem der große Wurf gelungen,
Eines Freundes Freund zu sein,
Wer ein holdes Weib errungen,
Mische seinen Jubel ein!

Mooi toch? Ik had er nog nooit bij stilgestaan dat het volkslied van de Europese Unie zo aanstekelijk over Vreugde gaat.

Deine Zauber binden wieder,
Was die Mode streng geteilt

Nooit gedacht dat die Unie een product van Pure Vreugde was.

2007-04-12

Docklands

.
Aan de Houtkaai wordt gestaag gebouwd aan het Brugse equivalent van de Londense Docklands. Naar verluidt zijn zelfs de huurprijzen navenant. Maar toch, creatieve eigentijdse architectuur die op die plek tot haar recht komt, en op haar beurt de wat desolate plek ook mooier maakt.


2007-04-09

Johannespassie*

.
Het is erg interessant om binnen het bestek van een week de beide grote passies van JSB live mee te maken binnen eenzelfde context, i.c. het Concertgebouw en aangenaam vertrouwd gezelschap. Want het sfeerverschil tussen de beide werken is me fel opgevallen.

De Matteuspassie** blijft me bij als een monumentaal werk, doorgecomponeerd, eenduidig van inhoud, met sterke teksten en vooral aria's die bijblijven. De Johannespassie daarentegen komt me divergenter over. Er zit minder lijn in, de teksten zijn lang niet zo sterk. Er zijn mensen die de teksten van Bachs religieuze muziek aan de kant schuiven als barokke draken en piëtistisch gezweem, en bij de Johannespassie kun je daar enig begrip voor opbrengen. Als je er Christoph Wolff*** op naleest blijkt dat ook terecht: het libretto van de Johannes is een samenraapsel want Bach moest laveren tussen de bekende passie van Brockes, de strikte evangelietekst en de eisen van het kerkbestuur. Muzikaal kreeg hij veel meer vrijheid, en daar laat hij zich volop gaan. Vooral het expressieve koorwerk beklijft, meer dan de aria's. Sommige turba-passages zijn adembenemend als je ze live op je hoort afkomen.

Dat verklaart vermoedelijk ook waarom Herreweghe in recente interviews (DM 31 maart & DS 7 april) stelt dat hij dit werk hoe langer hoe meer als absolute muziek benadert, veeleer dan religieuze muziek. Het is in de 21ste eeuw veel moeilijker om in te treden in de inhoudelijke religieuze logica van de Johannespassion, waar triomf en lijden bijna simultaan in elkaar overvloeien, dan in het tijdloos-herkenbare lijden van de rechtvaardige zoals dat in de Matthäus aan bod komt.

Wat de uitvoering betreft was ik benieuwd. Veertien uitvoeringen in zestien dagen tijd: is dat houdbaar? Kan een topensemble in zo'n omstandigheden niveau houden? Rudy Tambuyser had er al voor gewaarschuwd in DM van 2 april, naar aanleiding van een uitvoering in de Singel. Even citeren toch. Net zoals vorig seizoen bij Bozar Bachs h-moll-Messe, werd maandag in deSingel door het Collegium Vocale 's mans Johannespassie in zelfgenoegzaamheid gepocheerd. Een andere verklaring is er niet voor de vocale ontoereikendheid en bijna pedante verveeldheid van (op de sopranen na) alle koorpartijen, de hopelijk dronken hoboïsten, de concertmeester van wie elke solo-interventie aantoont dat dit stoeltje haar niet past.
Herreweghe mag dan nog volhouden (DM 31.03) dat de Johannes voor hem van een diepte is die blijft inspireren, kun je dat ook blijven overbrengen op een zwaar belast ensemble? Als je 't mij vraagt, zelfgenoegzaamheid, ontoereikendheid of verveeldheid heb ik vrijdagavond niet meegemaakt. Prégardien klinkt als nieuw, brengt het verhaal met een ontwapenende eerlijkheid - onvoorstelbaar gewoon voor iemand die dit werk toch letterlijk een paar honderd keer moet hebben gebracht. Het koor presteert zoals je dat van het Collegium droomt: die vertrouwde sound die er voortdurend in slaagt tekst en muziek met elkaar te laten instemmen. Iets minder perfectie misschien bij de instrumenten, maar niet echt hinderlijk: net voldoende om je te laten beseffen dat je naar een levend gebeuren aan het luisteren bent.

* Collegium Vocale Gent, Philippe Herreweghe, Christoph Prégardien & Konrad Jarnot in het Concertgebouw op vrijdagavond 6 april.
** cf. infra
*** Christoph Wolff, Johann Sebastian Bach, Utrecht, 2000, p.315 sqq.

2007-04-05

Kieboom

.
Gelukkig is er vandaag dat mooie opiniestuk van Hilde Kieboom in de Morgen: O hoofd vol bloed en wonden. Ik leg het voor de gelegenheid even op de scanner, want de link in de Morgen is enkel voor abonnees.
Als we met de 'paasboodschap' van een primaat als mgr. Léonard moeten voortdoen... wat een zielige reactionaire verblinding!



2007-04-02

Dossier H.

.

Ismail Kadare, Dossier H., Amsterdam, Van Gennep, 2000, ISBN 90 5515 196 3

Voor een prikje bij De Slegte

Twee westerse geleerden trekken ergens midden vorige eeuw met een bandopnemer naar het binnenland van Albanië om de laatste sporen van levend epos te registreren en zo het geheim van Homerus te ontrafelen. Maar ze krijgen te maken met een totalitair regime, Servisch-Albanische rivaliteit en volks bijgeloof.

Mijn eerste kennismaking met Kadaré. Een korte roman die uiteraard veel vertelt over Albanië - daar is het Kadaré altijd om te doen voor zover ik hem ken - maar ook over epiek. Boeiend om te lezen vanuit mijn 'klassieke' achtergrond, zonder daarom veel nieuws aan te brengen.

2007-04-01

Concertgebouw, zondagnamiddag

.
Zondag 1 april: open deur in het Concertgebouw.
De lentezon buiten speelt een heerlijk spel. Ik hou van dit gebouw.

Matteuspassie

.
Zaterdagavond 31 maart, Concertgebouw. Dirigent Ivan Fischer leidt het Orchestra and Choir of the Age of the Enlightenment en een zingend publiek in de Matteus.

Een gebeurtenis, zo beloofde Ivan Fischer vooraf, het samen uitvoeren van een ritueel. Dat is het inderdaad geworden. Niet een tot in de finesses uitgewerkte en gesigneerde interpretatie zoals we dat van een Herreweghe kennen. In tegenstelling tot zijn eigen Budapest Symphony dirigeert Fischer dit ensemble eerder met de losse hand, en geeft de uitvoerders veel vrijheid. De grote Fischer hebben we hier niet gezien. Wel een charismatische bescheidenheid, bezielend maar soms bijna afwezig. Het resultaat van deze formule is strikt muzikaal gesproken eerder ongelijk. Schitterend werk van evangelist Rufus Müller en bas Peter Harvey, die beiden trouwens de hele avond zonder partituur zongen. Maar ook zwakkere momenten, bij de solisten uit het koor vooral. De aria 'Geduld' (41/35) voor gamba en tenor in het begin van het tweede deel, een van mijn lievelingspassages, ging volledig de mist in door een brulboei van een tenor en ondermaats gambaspel. Maar een mooie interventie van Fischer was dan weer het idee om het orgel in de baslijn steevast aan te vullen met een beweeglijke cello.

Toch zal de avond heel sterk bijblijven. Zoals beloofd werd dit een gebeurtenis, meer dan een voorstelling. Het doet wel wat, die koralen meezingen samen met de hele zaal. Even, vaagweg, zit je daar in de kerk in Leipzig, als verre verwanten van die Duitse lutheranen die van enlightenment natuurlijk nog lang niets gehoord hadden maar Matteus' verhaal van verraad en lijden op zich lieten afkomen. Verbonden ook met de mensen op het podium. Pogen om mee te zingen met zo'n 'eenvoudig' koraal laat duidelijk aanvoelen hoe complex die muziek van Bach toch in elkaar zit.

Naast de spirituele Herreweghe, naast de vaak sfeervolle gelegenheidsuitvoeringen in een of andere kerk, heb ik nog een andere dimensie ontdekt in de Matteus. Of dit een jaarlijkse traditie moet worden weet ik niet, maar in elk geval: dit wil ik nog eens doen.

Peter Tom Jones

.
Hij is academicus, sinds kort kandidaat op de senaatslijst van Groen!, en vooral co-auteur van Terra Incognita, het taaie maar belangrijke boek waarover ik het eerder al had. Als zo iemand naar Brugge komt, dan wil ik wel eens komen luisteren. Op dus naar het Wereldcentrum in de Oostmeers op vrijdagavond 30 maart.

Zijn betoog is academisch, zakelijk zoals het boek, zonder compromis naar het sympathiserende publiek toe. Geen oneliners, geen slogans, geen gelijkhebberij, hij surft niet op het wij-gevoel dat in dit gezelschap ongetwijfeld aanwezig is. Op de powerpoint enkel diagrammen en statistieken. Dit is geen politicus. Al Gore is hier ver weg. Voorlopig?

Wat kan Brugge toch provinciaal zijn. De man had beter verdiend dan het kleine achterafzaaltje, propvol met dertig luisteraars, waarin hij terechtgekomen was. Het zal wel waar zijn dat grote revoluties in kleine zaaltjes beginnen, maar er zijn grenzen. Organisatoren waren drie verenigen: Attac, de andersglobalistische denktank met een naam die eerder aan molotovcocktails doet denken dan aan economisch studiewerk, het Brugse Groene Gordel Front en de Jeugdbond voor Natuur en Milieu, de jonge broertje van Natuurpunt. Nergens op het internet vond ik vooraf een spoor van deze lezing, behalve op de campagnesite van Peter Tom Jones. De merkwaardige affiche - wie verzint er zoiets? - heb ik op één plaats in Brugge gezien. Als onze aarde vanuit Brugge moet gered worden, dan ziet het er problematisch uit.