2007-05-27

In paradisum

.
Tijdens een sobere begrafenis gisteren in de Sint-Michielskerk moest ik onwillekeurig terugdenken aan deze passage van Ger Groot, uit Het krediet van het credo. Hij verwijst naar een indrukwekkende muurschildering van Fabio Rieti uit 1982.

Wie, zoals de klimmer van Rieti, moeizaam zijn koffer over de trap van het leven naar boven zeult, weet dat zwaartekracht drukkender kan zijn dan het denken erover ooit kan ervaren. Die gestage zwarigheid verhevigt zich op de kantelmomenten van het leven soms tot een overdraaglijkheid die alles in de waagschaal stelt.

Het in alle opzichten domme feit van de religie tempert beide ongemakken – de doffe zwaarte en de acute crisis – zonder ze ooit blijvend te verhelepen. Voor de redelijke wezens die wij zijn is dat een nederlaag, die we niettemin te incasseren hebben. Vroeg of laat lopen wij domweg tegen de grenzen daarvan aan en klinkt de dodenhymne In Paradisum – voor onszelf of voor iemand die ons dierbaar was. (…)

Het hoort bij het realisme van een godsdienst die op hetzelfde moment iedere aanwezige heel even tegen alle scepsis en redelijk weten in doet verlangen dat het waar mocht zijn wat er gezongen wordt: dat engelen jou mogen begeleiden naar het paradijs.

Geen opmerkingen: